Wat valt er op Curaçao te beleven buiten het strand?
Curaçao is zoveel méér dan alleen maar het strand. Er zijn massa’s mogelijkheden om aan watersport te doen (zie hierboven), je kunt met dolfijnen zwemmen, de grootste struisvogelboerderij buiten Afrika bezoeken, bij Dinah Veeris alles over de plaatselijke plantaardige geneesmiddelen leren, je eigen unieke chichi-pop schilderen als souvenir, de aloëplantage bezoeken, in een miniduikboot op meer dan 300 meter diepte de zee ontdekken—en dat is alleen nog maar aan de oostkant van het eiland.
In Willemstad vind je 100 verschillende plaatsen om te eten en drinken; een aangrijpend slavernijmuseum en vele andere musea; een deel van het stadscentrum dat door de UNESCO is erkend als Werelderfgoed, met een aantal verbazingwekkende voorbeelden van Nederlandse koloniale architectuur; straatkunst; gelegenheden om te shoppen; de originele Curaçaose stokerij; en natuurlijk de locals.
De westkant van het eiland is een rustiger en landelijker gebied met kronkelende wegen; bars aan de kant van de weg; een oud systeem van grotten (Hato Caves) met een lange geschiedenis; gerestaureerde landhuizen, waarvan sommige (maar lang niet allemaal) in hun oorspronkelijke staat zijn teruggebracht; Nationaal Park Christoffel, met daarin de Christoffelberg (leuk om te gaan wandelen); Nationaal Park Shete Boka, met zicht op de woelige zee aan de noordkust; Jaanchie’s Restaurant, met zijn lopend menu en plaatselijke gerechten; Playa Piskado, waar vissers en schildpadden een symbiotische relatie hebben ontwikkeld; Playa Forti, waar jongeren van de rotsen springen; en nog zo veel meer!